Lilly liep door de drukke straten en liep af en toe een winkel in.
Na een tijd was het minder druk.
Ze keek even rond en schrok, hier was bijna niemand.
"Ik ben ergens verkeerd gelopen..." dacht ze en keek rond.
Hier waren geen winkels, geen mensen.
Ze zocht in haar tas naar haar mobiel, maar die was nergens te bekkenen.
Ze vloekte zachtjes en keek op.
Er kwam een jonge man om de hoek.
Ze zuchtte opgelucht maar merkte al snel dat ze eigenlijk nog ongeruster zou moeten zijn.
De man kwam langzaam dichterbij.
Lilly dacht even een mes in zijn handen te zien maar dat beeldde ze zich vast in...
Ze porbeerde te glimlachen onder de zeenuwen.
"Hallo, weet u toevallig hoe ik terug naar de hoofdstraat kom? Die met de winkels enzo." vroeg ze vriendelijk.
De man moest lachen en Lilly's glimlach verdween.
Ze pakte snel haar tassen op en rende verder.
Ze liep bijna tegen de muur aan, ze kon hier niet verder, ze zat in een val.
Lilly slikte en draaide zich om.
De man stond vlak achter haar.
Hij haalde het mes heen en weer voor haar neus.
"Geld" zei hij en grijnsde.
Lilly deed alsof ze haar portemonee pakte maar eigenlijk was ze wild opzoek naar iets wat haar kon helpen.
Ze vond niets.
Ze schaapte al haar moed bij elkaar en sloeg met haar tas op zijn hoofd.
Hij deinsde vloekent achteruit.
Dit is mijn kans! dacht ze en begon te rennen.
Opeens stonden er 3 andere mannen voor haar.
De eerste stond weer achter haar an drukte zijn mes aan haar keel.
"Stout meisje." zei hij en begon te lachen.
De andere lachten mee.
Lilly keek paniekerig rond, ze maakte geen kans tegen hun...
Een van hun rukte de tassen uit haar handen en duwde haar.
Ze viel op de grond en voelde een steek in haar zei, van het mes.
De 4 schopten haar lachent en liepen toen met al haar spullen weg.
Lilly lag op de grond.
Ze deed langzaam haar ogen open, niemand.
Ze voelde de stekende pijn in haar zei.
Ze trok haar hand terug, hij was vol bloed.
Langzaam stond ze op.
Haar T-Shirt had een grote rode vlek en op de plaats waar ze net nog lag was een grote plas bloed te zien.
Ze keek ornd.
Hier was niemand, ze was alleen.
Het mes lag op de grond.
Lilly pakte hem op en sneed een stuk van haar broek af.
Ze legde hem opde wond, nu stopte teminste het bloeden.
Ze ging tegen een muur aanzitten en staarde naar de de andere muur tegenover haar.